Pensioen voor 2015

» Wist je dat wij op zoek zijn naar een nieuwe collega (assistent) accountant? Lees snel verder!

1. Inleiding.
In dit blog een korte historie van de problemen met de pensioenen, de wijzigingen op pensioenvlak voor 2015 en de relatie tussen beide.

2. Problemen.
Pensioenen hebben momenteel de aandacht. Zo wordt in het nieuws regelmatig aandacht besteedt aan de oplopende premies, het vervallen van indexatie en het korten op lopende uitkeringen en ook aan de aanleiding daarvoor zoals de toenemende levensduur, de tekortschietende beleggingsrendementen en –specifiek voor de AOW– de scheefgroei tussen pensioenontvangers en premiebetalers.

De scheefgroei in verhouding tussen enerzijds het aantal premiebetalers en anderzijds het aantal gerechtigden tot een AOW-uitkering leidt tot problemen.

De AOW hanteert een omslagsysteem: de inleg van degenen die actief zijn, wordt gebruikt om de lopende uitkeringen te voldoen. Er wordt dus niet gespaard. De achilleshiel van een omslagsysteem is echter dat het alleen goed werkt zolang de premieopbrengst voor de overheid “automatisch” meestijgt met de uitgaven aan AOW-uitkeringen. Als er echter een daling is van het aantal premiebetalers, moet de premie omhoog. Hetzelfde geldt als de salarissen dalen, omdat ook daardoor de premiegrondslag afneemt.

De negatieve economische effecten van vergrijzing en werkloosheid leiden nu dan ook tot een stijging van de AOW-premie. Om die premiestijging voor de werkenden deels te voorkomen, worden de AOW-uitkeringen sinds 2001 mede uit de algemene middelen gefinancierd. Uit de belastingopbrengsten dus. AOW-ers betalen daarom via de belasting zelf mee aan hun uitkering en actieven betalen dubbel: premie en belasting.

Het gat tussen premie-inkomsten en AOW-uitkeringen is inmiddels echter zo groot dat er ingrijpende maatregelen genomen werden: de ingangsdatum van de AOW uitkeringen is verschoven van 65 jaar naar 67 jaar.

Hier zijn het de tegenvallende beleggingsrendementen van de pensioenfondsen die zorgen voor stijgende premies in combinatie met dalende uitkeringen.

3. Wijzigingen 2015.
Per 1 januari 2015 zijn de volgende wijzigingen aangekondigd in de pensioenwetgeving:

  • Het pensioengevend salaris wordt gemaximeerd op € 100.000.
  • De hoogte van de AOW franchise wordt aangepast:
    – van 100/70 naar 700/75 voor middelloonregelingen (voordelig)
    – van 100/70 naar 100/66,28 voor eindloonregelingen (nadelig).
  • De opbouwpercentages gaan omlaag:
    – van 2,150% naar 1,875% per jaar voor middelloonpensioenen
    – van 1,900% naar 1,657% voor eindloonpensioenen
    (voor een pensioen van 70% van het eindloon dient voortaan dus 42 jaar gereserveerd te worden, 7 jaar langer dan tot en met 2013 nodig was).

4. Conclusie.
De aanpassingen in de pensioenwetgeving hebben niets te maken met de problemen die er op pensioengebied bestaan. Het doel is het genereren van belastingopbrengst door het beperken van de mogelijkheden van premieaftrek.

Sterker nog, het beperken van de grondslag voor fiscaal gefacilieerde ouderdags-voorzieningen tot maximaal € 100.000 kon in de toekomst wel eens extra problemen opleveren. Zij het voor een beperkte groep werknemers/ondernemers.

5. Doen!
De aanpassing van de opbouwpercentages, van de AOW-franchise en de invoering van een maximumgrondslag maakt het nodig de pensioenbrieven –alweer– aan te passen.

Voor 1 januari 2015 moeten uw pensioentoezeggingen op orde zijn.

Bent u directeur-grootaandeelhouder van uw eigen B.V., dan is het aanpassen een formaliteit. Wel een formaliteit waaraan tijdig voldaan moet worden overigens.

Heeft u personeel waarvoor pensioenopbouw plaatsheeft, dan is de vereiste pensioenaanpassing tevens een wijziging van de arbeidsvoorwaarden. Overleg met uw medewerkers is daarom nodig en mogelijk is zelfs hun toestemming vereist.

Gezien de fiscale boete die kan volgen als dit op 1 januari niet geregeld is, alle reden dus om op korte termijn met uw medewerkers in overleg te treden.

Mocht u naar aanleiding hiervan nog vragen hebben of nadere informatie wensen, dan zullen wij u graag van dienst zijn.

LDE Accountants
Mr. E.P. van Erve
fiscalist